BBB op gevoel naar winst

In mijn theatervoorstellingen ben ik veel mensen. Als ik beleef wat ik vertolk, dan voelt het publiek dat. Zo werkt het ook in de politiek. Op de foto alle karakters op een rij.

In mijn theatervoorstellingen ben ik een veelvoud aan personages, van jong tot oud, alle geslachten en alle politieke overtuigingen. Ik voel de emotie van de karakters die ik word, ik beleef het. Ik speel ze niet, ik ben ze. Vlak voor een voorstelling sta ik in het donker en is het alsof al die karakters om me heen staan en erop wachten om me over te nemen. Dat gevoel en die intensiteit voel je in de zaal.

Als ik beleef wat ik vertolk, dan voelt het publiek dat ook. Dan ga je meeleven en word je meegezogen in het verhaal.

Maar als er valsheid is in de vertolking, dan voel je meteen de afstand. Je gevoel sluit dan niet aan bij wat je ziet. Het verhaal raakt je niet en de boodschap gaat verloren.

De uitslag van de verkiezingen toont hoezeer dit ook voor de politiek geldt. Niemand vertrouwt beloftes van welke politicus dan ook. Ze hebben allemaal plannen, maar de praktijk blijkt weerbarstig. Waar het om gaat is de authenticiteit van de politicus. Is de beslissing van de politicus te voorspellen als het erom gaat of niet? Is het iemand die doet zegt of is het een stukje zeep op een natte douchevloer?

De kiezers gaan voor de niet gepolijste Caroline van der Plas, die leeft waar ze voor zegt te staan. Ze hebben genoeg van slechte acteurs die een gekunstelde linkse wolk aanvallen. Woorden sluiten niet aan bij houding en dan bepaalt je gevoel dat je met een leugenaar of een slechte acteur te maken hebt. Klaver en Kuiken kunnen heel enthousiast roepen dat hun ‘linkse fractie’ de grootste wordt, maar het gevoel van de kiezer wordt bepaald door de lichaamstaal van de leden van die twee gedecimeerde partijen die samen die fractie moeten vormen. Kaag kan op sneakers lopen en doen of ze iemand is die twee hoog achter woont, maar haar blik, taalgebruik en handelen (“Wie zijn die mensen”) zeggen iets anders. De kiezer mag niet geïnteresseerd zijn in verkiezingsprogramma’s, maar zijn gevoel laat hem niet in de steek.

Bij Van der Plas gaat het om mensen en relaties tussen mensen. Dat zag je terug in de campagne en merk je ook in haar gedrag, op de radio en TV. Bij andere partijen gaat het om sommen of stoelen. De toespraak van Hoekstra van het CDA vind ik nog het meest veelzeggend: “Doffe dreun. We zullen het vertrouwen huis voor huis en straat voor straat moeten terugwinnen.” Huizen stemmen niet, mensen wel.

Deel dit:

Ga stemmen!

Woensdag mag je weer stemmen. Doe dat!

Ik ben geboren in een land zonder democratie. Een land waarin we geacht werden één groot centraal ideaal te dienen en waar het ongekozen staatshoofd centraal stond. Het was een samenleving waarin je consequentieloos kon opereren, als je tenminste ‘de juiste kleur’ aanhing. De doorgeslagen versie daarvan is het Rusland van Poetin.

Hier in Nederland hebben we meer partijen met elk een eigen programma. Je kan ergens voor of tegen stemmen. Vind je dat iemand te lang zit? Kies een ander. Vind je dat partijen consequentieloos opereren? Stem op een ander.

Je kan natuurlijk ook thuis blijven en niet gaan stemmen. Dan telt je stem niet mee. Zo simpel is dat.

Sommige mensen zeggen dat je niet mag klagen als je niet gaat stemmen. Dat vind ik onzin. Natuurlijk mag je klagen. Nederland is een vrij land. Je mag doen wat je wilt. Maar wat is het nut van klagen als je thuisblijft op de dag dat het er echt om gaat?

Ga woensdag stemmen! Voor jezelf, voor je naaste en voor een fatsoenlijke samenleving op basis van gelijkwaardigheid. Stem!

Deel dit:

Bedankt Chaim Topol

In Anatevka (Fiddler on the Roof) praat melkboer Tevye op zo’n manier met God, dat je gelooft dat hij er is. Acteur Chaim Topol doet het zo goed, dat je geen moment twijfelt. Die expressieve ogen en de totaal ontspannen houding van hem. Topol was melkboer Tevye die ons meenam naar het Joodse platteland in Oost-Europa van 100 jaar geleden, eerst jaren op toneel en begin jaren ’70 ook in de beroemde verfilming.

Los van een groot voorbeeld voor mij als actrice – denk aan Oscar en zijn relatie met God – gaf Topol mij ook een inkijkje in de wereld van mijn betovergrootouders. In het oosten van Europa woonden zij nog in zulke sjtetls. Ik kende de verhalen, Topol schonk me de beelden.

Vandaag vertrok zijn ziel naar haolam haba, de volgende wereld. Hij werd 87 jaar. Zijn Tevye is voor de eeuwigheid.

Deel dit:

Internationale Vrouwendag nodig

Ksenia bijna naakt voor publiek in haar strijd voor gelijkwaardigheid. Internationale Vrouwendag is nodig, want vrouwen worden onderbetaald en slecht behandeld. Op naar gelijkwaardigheid.

Of zo’n dag als Internationale Vrouwendag nodig is, vroeg de journalist op Radio 1. Dat het nodig is bewijzen de reacties van mannen vandaag op de politicus Caroline van der Plas, die zich vanwege dreigementen afmeldde voor de demonstratie zaterdag:

– “Weer zo’n veredelde huismoeder die volksvertegenwoordiger wil spelen.”

En

– “Het is beter dat ze in de keuken blijft.”

En dan heb ik nog de wat nettere gekozen.

De uitspraken getuigen van een soort übermensch-visie van die mannen.

Die filosofie staat aan de basis van de ongelijkwaardige behandeling van vrouwen op de werkvloer (nog los van seksisme en ongewenste intimiteiten). Vrouwen krijgen in dezelfde functie bij veel organisaties minder betaald dan mannen. Ik heb er ook weleens mee te maken.

Geen zin in een huisvrouw met een hobby

Amper twee jaar terug benaderde ik een gerenommeerde programmeur van een theater met een regionale functie. Of hij niet ergens een speelplek in het programma had voor mijn theatervoorstelling ‘Zij zagen Oorlog’, een voorstelling over onvoorwaardelijke gelijkwaardigheid. Zijn antwoord, zonder dat hij mijn werk had gezien of wist wat ik maakte: “Ik heb geen zin in een huisvrouw met een hobby.”

Twee jaar later was ik met nieuws rond de voorstelling veel op landelijke radio en TV geweest en nam hij contact op. De voorstelling paste goed in hun benefit-programma, dus ik mocht in “zijn theater” spelen, maar moest het wel gratis doen.

Hij had de voorstelling nergens gezien, maar omdat ik op nationale TV en Radio was geweest, vond hij me blijkbaar geen huisvrouw met een hobby meer. Ik werd daar onpasselijk van en bedankte voor het aanbod waarbij ik hem nog even aan zijn eigen woorden herinnerde.

Hoop

Mijn producent sprak later de directeur van die programmeur erop aan. Ook een man. Die reageerde luchtig: “Ach ja, je weet hoe mannen zijn.”

Ja sommige mannen zijn inderdaad een lul met vingers, maar gelukkig niet allemaal. En dat geeft hoop.

Want ooit komt die gelijkwaardigheid er. Dan gaan vrouwen voor hetzelfde werk net zoveel verdienen als mannen en niet tot 20% minder. Dan hoeven we niet meer te voldoen aan het schoonheidsbeeld dat leeft bij mannen in top-functies, maar worden we beoordeeld op wat we doen. Tot die tijd zoek ik het vuur op en jaag ik het aan. En tot die tijd is internationale vrouwendag nodig. Voor onze kinderen, zoals mij dochter.

Deel dit:

Opstand in getto van Warschau

Op 18 januari 1943 begint de opstand in het Joodse getto in Warschau. Zo’n 500 gewapende verzetstrijders voorkomen dat inwoners van het getto werden gedeporteerd. Ze verkiezen een zekere dood in de strijd, boven een weerloze ruiming.

Het verzet verrast de nazi’s. Ze staken de ontruiming om versterkingen aan te voeren. Daarbij onder meer een beruchte SS-eenheid die bestaat uit veroordeelde verkrachters en moordenaars. Die voorbereiding duurt drie maanden.

In die tijd bouwen de Joodse verzetsstrijders talloze bunkers met ondergrondse verbindingen. Op de zwarte markt kopen ze tegen woekerprijzen nog een aantal wapens. Ze krijgen geen hulp van buiten.

Op 19 April vallen de nazi’s met groot materieel aan. De intensiteit van het verzet is enorm. Met artillerie schieten de nazi’s daarom van afstand het getto plat. Soldaten steken daarna de resten in de brand. Tunnels en bunkers vernietigen ze met. Desondanks weten kleine groepen strijders het tot 16 mei vol te houden.

13.000 Joden verliezen tijdens de opstand hun leven. 40.000 worden er naar vernietigingskamp Treblinka gestuurd.

In 1949 openen overlevenden op een heuvel bij Arce in Israël het Ghetto Fighters’ House. Daar vind je een zeer informatieve tentoonstelling over deze opstand. De tentoonstelling is gebaseerd op ooggetuigenverklaringen, inclusief bijdragen uit dagboeken en brieven. Er is ook een speciale kinderafdeling die ten doel heeft de Holocaust op een begrijpelijke manier uit te leggen aan jonge mensen vanaf 10 jaar oud.

Opdat we nooit vergeten.

Deel dit:

Een kruising tussen een flipperkast en een achtbaan 

2022 begon goed, maar veranderde snel in een nachtmerrie waar ik me even geen raad mee wist. De bittere realiteit van een hele grote oorlog in Europa torpedeerde mijn zo zorgvuldig geplande bevrijdingstoer. Het jaar voelde als een kruising tussen 2022: een kruising tussen een flipperkast en een achtbaan 

Even terug naar 2020

Twee jaar had ik gewerkt aan mijn solovoorstelling ‘Zij zagen Oorlog’. Na diverse succesvolle try-outs in ‘s-Hertogenbosch, Nijkerk en Kalmthout (België, regio Antwerpen) vond ik dat ik ermee naar het publiek kon. De première was gepland op 5 mei 2020 en zou in Utrecht plaatsvinden. Ik keek er enorm naar uit. Het zou er niet van komen, want op 3 mei ging het land op slot en zo gooide de eerste Corona-lockdown roet in het eten. 

Onzekerheid troef

Wat volgde was een half jaar vol onzekerheid. Niemand in theaterland wist waar we aan toe waren. Corona-regels maakten het voor theaters onmogelijk om een voorstelling voor veel publiek te laten spelen. Een aantal locaties ging dicht tot er helderheid was en de plekken die net na de zomer open gingen konden onmogelijk iedere artiest programmeren. 

Uiteindelijk speelde ik een dubbele première in de Schouwburg in Zwolle. Dankzij Sander, waarvoor ik hem nog altijd intens dankbaar ben. 

Daarna volgde een korte toer die eindigde op 23 december 2020 in Venlo. Het was de laatste dag dat er gespeeld mocht worden, want om 00.01 uur ging het land weer volledig op slot. 

2021

Overheidsbeleid maakte spelen begin 2021 onmogelijk. Niemand had een idee hoelang die nieuwe lockdown zou duren. Misschien een paar maanden, misschien wel een heel jaar. Ik vroeg me af of ik ‘Zij zagen Oorlog’ ooit zou kunnen spelen. 

We wilden niet bij de pakken neerzitten en kozen ervoor om twee dagen per maand een theaterzaal te huren en op die dagen ‘Zij zagen Oorlog’ twee keer per dag gratis voor een internet-stream te spelen. Dat deden we maar liefst 6 maanden, dus zo speelde ik de voorstelling 24 keer. Het aantal streams wisselde tussen 4 en 121. 

Die serie voorstellingen bracht ons routine. Twee keer per maand alle spullen in de auto en ergens opbouwen. Licht programmeren en afstellen, stream-omgeving inrichten en dan twee voorstellingen spelen: een matinee en avondvoorstelling. 

Internet was kil en afstandelijk, zonder emotionele terugkoppeling van mensen in de zaal. Het was heel hard werken om iedere keer weer op te laden voor die camera. Natuurlijk waren er chats en reacties, maar die lees je pas achteraf. Dat is een schril contrast met een lach of snik in de zaal. Maar ik speelde voor publiek en dat was echt beter dan niets. 

Tweedeling en polarisatie 

De tweede helft van 2021 was emotioneel lastig. 

De overheid voerde een corona-bewijs in. Het bewijs was op voorwaarden te verkrijgen en daarmee had je toegang tot faciliteiten, zoals het theater. Had je geen bewijs, dan geen toegang. We begrepen de afweging van de overheid, maar konden ons niet vinden in de tweedeling die aangejaagd werd. 

In theaterland werken bovendien veel vrijwilligers als gastheer en gastvrouw. De sfeer in de samenleving was al verre van prettig en dat corona-bewijs maakte het er niet beter op. Aan de poort moesten die vrijwilligers behalve tickets nu ook corona-toegangsbewijzen controleren. Dat leverde potentieel lastige of gevaarlijke situaties op en wij vonden dat je vrijwilligers dat niet aan moet willen doen. 

We kozen ervoor om de rest van het jaar niet te spelen. Dat deed me veel pijn, maar die beslissing voelde (en voelt) goed. 

Bevrijdingstoer 2022

Het nieuws in het laatste kwartaal van 2021 wees erop dat de samenleving uiterlijk eind februari 2022 open zou gaan voor iedereen. We planden heel zorgvuldig een bevrijdingstoer voor het voorjaar van 2022 langs herdenkingen en vrijheidsvieringen. Het idee ontstond in door gesprekken met de organisatie die jaarlijks in Nieuw-Weerdinge de bevrijding van Noordoost Drenthe door de Poolse 1e Pantserdivisie herdenkt. 

Na een jaar kilheid van het spelen voor een internetstream, keek ik enorm uit naar die voorstellingen voor echt live-publiek. Eindelijk spelen voor levende mensen in dezelfde ruimte. Ik was zo toe aan de warmte van mensen en normaal contact.

Het liep anders

Op de dag dat ik de spullen voor de tour zou ontvangen viel Rusland Oekraïne aan. Ik stond op mijn telefoon te kijken hoe raketten insloegen op het plein waar ik zo vaak met mijn geliefde oma liep, toen de vrachtwagenchauffeur op het raam tikte. 

Tien minuten later stond ik wezenloos buiten bij twee pallets theatermateriaal: speakers, lampen, decor. De chauffeur uit Lichtenvoorde was vriendelijk, maar ik wist niet wat ik met de situatie aan moest. 

Toen werd het me allemaal teveel. 

Of mijn leven er vanaf hing

Een uur of wat later herpakte ik mezelf. Na overleg met mijn team besloten we de toer te spelen om geld in te zamelen voor Oekraïense weeskinderen. 

De repetities en een pittig toerschema hielpen me om door de duistere tijd heen te komen. Ik deed veel interviews en ondersteunde diverse festivals en evenementen. Het waren lange dagen met veel reizen en bouwen. Ik speelde of mijn leven er vanaf hing … en misschien was dat ook wel zo. 

Deel dit:

De Madonna en het kind

Zij zagen Oorlog: De Madonna en het kind uit de Stalingrad-kessel. Getekent door Kurt Reuben en te zien in de Kaiser Wilhelm kerk in Berlijn.

Dokter Kurt Reuben tekent met houtskool de Madonna en het kind. Uit het evangelie van Johannes haalt hij de tekst: “Licht, liefde, leven.” Hij hangt de tekening op in een bunker. De Madonna met het kind wordt een bedevaartsoort voor vele Duitse soldaten.

Het is december 1942. Een deel van het Duitse leger viert Kerstmis in Stalingrad. Diep in de USSR zijn ze al een paar weken omsingeld door het Rode Leger. Temperaturen zijn diep onder nul. Eten is schaars. De hoop op redding neemt per dag af. Met spiritualiteit, kameraadschap en muziek houden ze de moed erin.

In delen van de stad zitten de strijdende partijen heel dicht op elkaar. Dan zijn linies gescheiden door een straat of steeg. Soms slechts door een plafond. De ene partij bezet dan de kelder en begane grond. De andere partij huist in de verdiepingen daarboven. Ondank de strijd, zingen ze rond kerst her en der met elkaar liederen en n er is zelfs een geval bekend waar Russen en Duitsers canon zingen.

De tekening van de Madonna en het kind wordt met één van de laatste vliegtuigen uit de stad geëvacueerd. Dat lot wacht niet dokter Reuben, die gevangen wordt genomen door de Sovjets.

In gevangenschap tekent hij nogmaals zo’n Madonna. Hij overlijdt in een kamp in januari 1944.

Deel dit:

Forshmak

Oude sepia foto uit de USSR met het gezicht van een stijlvol geklede Joodse vrouw getooid in een weelderige bontmuts die Forshmak voor Ksenia maakte.
Mijn oma maakte traditioneel joodse gerechten voor me, zoals Forshmak.

Nog onder invloed van de narcose open ik mijn ogen, om als eerste haar gezicht te zien. Ze zit aan mijn bed in het ziekenhuis en heeft dan al uren mijn lippen natgehouden met een watje. Het is mijn joodse oma, uit Kharkiv. We zijn samen in een ziekenhuis in de buurt aan de Zee van Azov waar we de zomer van 1979 doorbrengen. Ik krijg een blindedarm-ontsteking en word in dat noodziekenhuis door een stagiair geopereerd. Mijn oma is doodsbang dat ik de operatie niet zal overleven en waakt over me tot ik weer kan lopen. 

Het is dezelfde oma waar ik drie jaar later naartoe ren met het nieuws dat partijleider Leonid Brezjnev dood is. Ik hoor het op school en weet niet hoe snel ik thuis moet komen om het te vertellen. Rennend door de speeltuin tussen de flats zie ik haar op het balkon van haar appartement op de eerste verdieping staan. Ik ben negen en schreeuw het nieuws van me af. Subtiel, maar dwingend, maant mijn oma me tot stilte, want over partijdingen spreek je in de USSR niet, althans niet hardop. 

Ik ben vaak bij mijn opa en oma in Kharkiv terwijl mijn ouders in Sint-Petersburg wonen. Het landklimaat in mijn Oekraïense geboortestad ligt me beter dan het zeeklimaat in de stad die Peter de Grote ooit naar Amsterdam’s voorbeeld in het moeras liet bouwen. Ik vind het heerlijk bij mijn Joodse grootouders. 

Ze wonen in een Sovjet-flat, type Chroesjtsjovka. Vernoemd naar de partijleider die ervoor zorgde dat ze massaal gebouwd werden om de woningnood te bestrijden. Met 42 vierkante meter zijn de appartementen klein, maar er is warm – en koud water. En stadsverwarming. In steden staan vaak 10 tot 20 van die complexen bij elkaar, met hun eigen winkels en scholen. Het zijn aparte wijken in hele grote steden. En vanwege de matige bouwkwaliteit en armoedige uitvoering worden het ook wel sloppenwijken genoemd. Nog altijd stellen de flats niet veel voor, maar het is Thuis voor heel veel mensen. 

In de jaren ’70 en ’80 is alles schaars in de USSR. De groentewinkel bij mijn oma in de buurt heeft af en toe verse spullen. En met vers bedoel ik rottende – of zelfs al verrotte groente en fruit, niet het vers dat je Nederland gewend bent. Maar meestal ben je aangewezen op conserven uit de buurtwinkel. 

Een alternatief biedt de markt, maar die is ver weg en dus een hele onderneming om daar te komen. Zeker voor een drukke vrouw zoals mijn oma, die haar geld verdient als muzikant, kleermaker en door langs de deur verzekeringen te verkopen. Maar als ze dan terug komt van de de markt, dan maakt ze de meest verrukkelijke dingen, zoals taarten en koekjes die hoog op kasten worden verstopt, zodat ik niet alles in één keer op kan eten. 

En ze maakt ook allerhande traditionele gerechten, zoals Forshmak. Dat is een smeersel gemaakt van gehakte zoute haring en gestampte gekookte eieren. Dat breng je op smaak met appel, uien, zout en peper. Wij eten dat op zurig donker roggebrood. 

Ik zie mezelf nog met vrienden spelen tussen de flats. Dan gaat het klapraampje open en steekt het elegante hoofd van mijn oma naar buiten, die dan keihard fluit en mijn koosnaampje roept, gevolgd door ‘eten!’ Ik spring overeind en ren de speeltuin door. Dan vlieg ik over de paadjes naar de ijzeren deur van het appartementencomplex. Die trek ik open om dan in het halve donker tweeënhalve trap omhoog te rennen naar de keuken. Daar duik ik de koelkast in, pak de Forshmak, het donkere brood en ga aan de kleine keukentafel zitten eten.

Zelf maak ik Forshmak zelden. Heel af en toe als ik bezoek krijg. Of voor vrienden. En bij iedere hap die ik neem, denk ik aan haar, mijn trotste oma die haar conservatorium niet af kon maken omdat de tweede wereldoorlog er tussendoor kwam.

Deel dit: